Proef sluipvliegen en -wespen: spitstechnologie in dienst van het project

Het bermenonderzoek toont aan dat sluipvliegen en -wespen, in ideale omstandigheden, kunnen zorgen voor een aanzienlijke reductie van het aantal eikenprocessierupsen. Nu wil het project spitstechnologie inzetten om dit onderzoek verder te zetten.

Sluipvliegen en sluipwespen toonden zich tot hiertoe onze meest betrouwbare partners in de strijd tegen processierupsplagen. Gemiddeld twee op drie rupsen in onze proeflocaties worden geparasiteerd en worden dus nooit vlinders. Wat nog niet helemaal duidelijk is, hoe we die partners het best in de watten kunnen leggen. Naast rupsen om hun eieren te leggen, hebben volwassen sluipvliegen en -wespen behoefte aan beschutting, vocht en voedsel, vooral in de vorm van nectar. Voor al die behoeften moeten ze terecht kunnen in de bermen rond de eikenbomen.

Dit jaar zetten we dus verder in op het zoeken naar verbanden tussen de plantensoorten die in onze bermen voorkomen, en de aanwezigheid van sluipvliegen in die bermen. De gegevens van de voorbije jaren worden verder geanalyseerd, en ook dit jaar gaan we verder op het terrein plantensoorten inventariseren, rupsennesten – voor zover aanwezig – verzamelen en laten uitkweken in het labo.

Omdat 2024 ook voor de het bermenonderzoek het laatste onderzoeksjaar is, willen we echter inzetten op een extra spoor. We verwachten dat sluipvliegen en -wespen die bloemen bezoeken daarvan de sporen dragen, in de vorm van stuifmeelpollen op hun monddelen. Door de sluipvliegen te vangen en te verzamelen kunnen we via DNA-sequencing achterhalen welke pollen ze dragen en dus welke plantensoorten ze bezocht hebben. Die analysetechniek is gebaseerd op zogenaamde genetische markers – genen of DNA-sequenties met een bekende locatie op de chromosomen van de plant, die onder meer kunnen gebruikt worden om individuen of in dit geval soorten te identificeren. DNA-sequencing gebeurt tegenwoordig in gespecialiseerde labo’s praktisch volledig automatisch met zogenaamde high-throughput sequencers.

Moderne high-throughput DNA-sequencers

(Bron: Wikipedia. Auteur: RPSkokie – Eigen werk, CC BY-SA 4.0)

Daarbuiten zijn we ook op zoek naar een onbekende tussengastheer van één van de parasitaire vliegen, Pales processionae. Deze komt als volwassen vlieg uit de rupsennesten tevoorschijn in de nazomer, op het moment dat er geen eikenprocessierupsen meer zijn. Om de winter te overleven moet ze vervolgens op zoek naar een gastheer om haar eitjes in te leggen, en we weten nog niet welke rups ze daarvoor verkiest. Om te weten te komen hoe de levenscyclus van onze sluipvliegen precies in elkaar zit, willen we dus vrouwelijke vliegen met DNA-sequencing onderzoeken naar sporen van die tussengastheer.

Om dat onderzoek allemaal mogelijk te maken, kan je het team de volgende maanden mogelijk op het terrein aantreffen met de meest banale wetenschappelijk instrumenten – vlindernetjes en vliegenvalletjes – om materiaal te verzamelen voor één van de meest geavanceerde analysetechnieken – high-throughput DNA-sequencing. Benieuwd naar de resultaten? Wij ook!

Lees hier meer over de opzet van het bermenonderzoek

Vertel het verder